De smeergeldaffaire waarin SBM Offshore is verwikkeld zorgt voor beroering in de Braziliaanse politiek.

Oppositiepartijen eisen een onderzoek naar de mogelijke rol die staatsoliebedrijf Petrobras in het schandaal heeft gespeeld, zo meldde de Telegraaf dinsdag.

Uit documenten die onlangs uitlekten bleek dat SBM mogelijk ook in Brazilië steekpenningen heeft betaald om aan opdrachten te komen.

Volgens politicus José Mendonça Filho geeft dit eens te meer aan dat Petrobras ,,onder de huidige regering is veranderd in een broeinest van corruptie en vriendjespolitiek”. Hij eist dat een delegatie vanuit Brazilië naar Nederland gaat om de zaak uit te zoeken. ,,We willen in Nederland graag met alle betrokkenen spreken, van justitie tot mensen van SBM Offshore zelf”, stelde hij.

Petrobras is zelf ook een intern onderzoek gestart en liet in een officiële verklaring weten alleen via de media kennis te hebben genomen van de corruptieverdenking. ,,Petrobras heeft tot dusver niets gehoord van Nederlandse, Britse of Amerikaanse autoriteiten noch van Braziliaanse toezichthouders. Petrobras neemt interne maatregelen om de juistheid van de verhalen te controleren.”

Brazilië is een belangrijke markt voor SBM Offshore, vanwege de enorme olievoorraden die zich onder de zeebodem van het land bevinden.

Rapport over smeergeld SBM

Afgelopen week raakte SBM Offshore in opspraak door het uitlekken van een rapport waarin in ex-werknemer stelt dat tussen 2005 en 2011 ruim 250 miljoen dollar aan steekpenningen is betaald door in een groot aantal landen door de leverancier van drijvende platforms voor de productie en opslag van olie en gas op zee.

In het document wordt zeer gedetailleerd ingegaan op vermeende omkopingspraktijken door de toeleverancier aan de olie- en gasindustrie. SBM bevestigde dat de informatie uit het bedrijf komt en deel uitmaakt van een intern onderzoek van SBM naar fraude. ,,Het is gestolen door een boze oud-medewerker die ons wilde afpersen'', zo stelde een woordvoerster.

SBM: rapport uit context

In het document wordt gerept over omkoping van functionarissen in Angola, Equatoriaal Guinea, Brazilië, Maleisië, Irak, Kazachstan en Italië. Ook bevat het fragmenten uit transcripties van opnames waaruit op te maken valt dat bestuurders (raad van bestuur en raad van toezicht) al jarenlang op de hoogte zijn van de zaken.

Volgens de woordvoerster van SBM is de informatie ,,uit de context geplaatst'' door de voormalig medewerker. Inhoudelijk wilde ze niet reageren omdat onderzoeken van de Amerikaanse en Nederlandse justitie nog aan de gang zijn. Ook wilde ze niet inhoudelijk ingaan op details over de afpersing door de oud-medewerker.

In een toelichting op de jaarcijfers van SBM eerder deze maand zei hoofd juridische zaken Sietze Hepkema dat er sprake was van onjuiste verkooppraktijken in ,,twee landen in Afrika en één daarbuiten''. Details of een schatting van de financiële gevolgen konden niet worden gegeven.

In het uitgelekte document komen ook de initialen JPL regelmatig voor, onder meer in een verwijzing naar het vernietigen van ,,vuilniszakken'' met bewijsmateriaal. JPL staat voor voormalig operationeel directeur (coo) Jean-Philippe Laures, die vorig jaar werd ontslagen. SBM benadrukte destijds dat zijn ontslag niets te maken had met ,,operationele ontwikkelingen bij projecten'' zonder verder commentaar te willen geven.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl